Met de overname van Viatris deze zomer is Cooper Consumer Health (de nieuwe naam voor de combo Vemedia en Imgroma) een speler die wereldwijd in formaat is verdubbeld, met een veel bredere presence in de zelfzorgmarkt. Maar wat betekent dat eigenlijk? “Als nummer één binnen consumer health moeten we op alle fronten onze rol gaan waarmaken”, aldus Ivo Wesemann.
Wesemann is sinds bijna twee jaar General Manager Nederland bij Cooper Consumer Health. Zijn achtergrond ligt in de technische bedrijfskunde, maar hij vervulde diverse rollen in sales en marketing bij bedrijven als Procter & Gamble, Friesland Campina, Beiersdorf en een private-labelleverancier voor Ahold Delhaize.
“Dankzij mijn technische achtergrond kan ik van complexe materie snel tot de kern komen, goed analyseren en een strategie ontwikkelen”, zegt Wesemann. “Cooper – destijds Vemedia en Imgroma -was mij vrij onbekend toen ik er binnenstapte, ik kende ze vooral als een lokaal georiënteerde partij met bekende en sterke merken als Valdispert, Roter en Dagravit. Toch viel het bedrijf niet erg op. Als je dat beeld hebt, wat doe je daar dan aan? Ik vond dat we meer potentie hadden dan we waarmaakten: veel basis-capabilities werkten prima, maar we waren nog niet volledig klaar voor de snel veranderende toekomst. Daarnaast: wij moesten beter gaan samenwerken. Want ik zag dat men binnen de organisatie onvoldoende betrokken werd bij de prestaties van ons bedrijf. Nu organiseer ik elke maand een town hall, waarbij ik iedereen betrek bij de resultaten én mensen hun successen laat vieren.”
“Ik vind: de successen die we boeken, daar mogen we best trots op zijn! Onze mensen zijn geen radertje in een machine, maar leveren een echte bijdrage. Wij geloven er heilig in dat als je de interne en externe samenwerking op orde hebt en elkaar goed begrijpt, je elkaar kan ondersteunen om je doelen samen te bereiken. Het wordt ook leuker, want iedereen maakt onderdeel uit van het succes. Ik wilde trots ontwikkelen, als persoon, maar ook als bedrijf. We zijn de nummer één speler in consumer health in Nederland, maar wijzelf en onze klanten hebben dat onvoldoende door. En zo gedragen we ons ook niet.”
Een beetje dat jochie in de klas dat prima presteert maar achter in de klas zit en zich niet roert…
“Dat is een goede metafoor. Willen we die rol uitdragen in de branche, dan moet je je ook op álle fronten zo gedragen: onze verantwoordelijkheid nemen als dat nodig is, de categoriegroei aandrijven, aan klanten laten zien dat je met veel introducties komt – maar ook snappen waar een retailer behoefte aan heeft, en wat de consument wil. Ons voordeel is dat we heel veel lokale merken hebben, met lokale kennis van de markt. Omdat we ook heel autonoom kunnen opereren, kunnen we die inzichten meteen in actie omzetten, zonder het eerst in tien commissies te bespreken.”
Het interne motto van het bedrijf na integratie is: ‘One Team for Success’. Je hebt bedrijfsintern de mens centraal gezet, maar hoe doe je dat in relatie tot retail?
“Op eenzelfde manier. Want als je je alleen focust op je eigen succes, dan is dat eindig: dat was ook een kritiekpunt van de handel. Nu hebben we veel meer de focus op hoe we als nummer één in consumer health de retailer kunnen helpen, hoe we de markt kunnen laten groeien en waarde creëren. We gaan vaker bij de retailer op bezoek, luisteren naar hun feedback en ook hun kritiek. In mijn private-labeltijd had ik een veel rechtstreekser contact met retailers, en vanuit die ervaring zeg ik vaak: ‘Laten we met elkaar alle scrupules even weglaten en uitleggen wat we echt van elkaar willen.’ Die eerlijkheid werkt.”
Misschien even een stap terug: waarom besloot je tot de nieuwe naam Cooper Consumer Health?
“Ik begreep eerlijk gezegd niet waarom we twee entiteiten in huis hadden: Vemedia en Imgroma. Daar zat historie achter, maar het leidde ook tot heel veel dubbelingen, onder meer administratief. En mensen begrepen het niet echt. We konden onze naamsbekendheid vergroten door die complexiteit weg te halen, met een nieuwe naam. De naam Cooper Consumer Health lag voor de hand want daarbinnen opereerden we al.”
En waarom dan ook nog Viatris overgenomen?
“We beseften dat als we een grote stap wilden maken, met een grotere aanwezigheid in Europa en meer verschillende categorieën in consumer health, organische groei alleen onvoldoende zou zijn. Toen kwam Viatris op ons pad. Viatris had eigenlijk vooral aandacht voor geneesmiddelen, terwijl onze focus zelfzorg is. Hun OTC-tak overnemen was voor ons erg complementair – en we verdubbelden onze omzet van naar circa 1,2 miljard. Daardoor zijn sommige landen enorm gegroeid, zoals Italië. Verder komt ook de regio Duitsland/Zwitserland/Oostenrijk erbij, en voegen we onder andere Oost-Europa toe.”
En hoe passen Cooper en Viatris bij elkaar?
“Die schoven bijna naadloos ineen: we vullen elkaars portfolio én sterktepunten aan. Neem de top 5 van Viatris-merken: allemaal in categorieën waarin we nog niet opereerden. En veel Viatris-mensen vonden de overgang hartstikke gaaf: eindelijk een bedrijf waar OTC en deze
merken core business zijn.”
Wat betekent dit voor retail?
“Doordat we meer schaalgrootte hebben, zijn we voor veel retailers ook relevanter geworden. We leggen een nog grotere focus op innovatie, en qua marketing gaan we merken consistenter ondersteunen. Het mooie is dat sommige nieuwe internationale merken voor Nederland interessant kunnen zijn. Een merk voor cholesterolverlaging, waarom zou dat niet in Nederland te introduceren zijn?”
Moet de naam Cooper bekender worden bij retail?
“Ja, dat gaat gebeuren. Voor consumenten is onze naam minder relevant, maar we gaan richting retail veel beter uitdragen wat we doen en waarvoor wij staan. Onze boodschap: wij zijn experts, we kennen een groot deel van de categorieën als geen ander en kunnen waarde toevoegen aan de categorie. Dit jaar zien we al dat we significant harder groeien dan de markt: we voegen waarde toe én groeien in volume, met meer voetjes over de vloer bij retailers. Wij willen die prestatie richting retailers veel meer uitstralen. Intern zijn we al overtuigd van onze kracht, maar nu moeten ook retailpartners daarvan overtuigd raken. Ik vind het wel mooi dat wij soms op de bank staan te springen over onze resultaten, en dan krijg je een appje vanuit retail met een duimpje en de tekst: ‘Niet slecht’. Gaaf dat onze partners ons uitdagen om nog meer uit de markt te halen; dat houdt ons scherp.”