De arts Samuel Sarphati (1813-1866) heeft grote invloed gehad op de gezondheid en de levensverwachting van Nederlanders. Hij was het die hygiëne en voeding in relatie bracht tot een gezonder – en daarmee langer – leven. Door in te zetten op preventie (persoonlijke verzorging, vuilnis ophalen, goed drinkwater, voeding, etc.) wist hij de gemiddelde leeftijd van ons volk op te krikken van 30 naar 50 jaar.
De KNDB huisde ooit jarenlang aan de Sarphatistraat in Amsterdam. Zal het toenmalige bestuur van drogisten indertijd bewust gekozen hebben om een pand aan te schaffen in de straat vernoemd naar zo’n belangrijke man gelinkt aan de farmacie? Ik wil geloven dat de bestuurders-drogisten een vooruitziende blik hadden. Omdat preventie, ook na tientallen decennia nog altijd prominent in the picture staat.
Sarphati verrichtte zeer goed werk. Maar na hem zagen medicijnen het levenslicht. Met zo’n pilletje konden ziekten worden aangepakt en bestreden. Het belang van preventie lijkt jarenlang naar de achtergrond verdreven. Immers, je kunt ook een pil krijgen tegen hoge bloeddruk, cholesterol of diabetes in plaats dat de arts zijn patiënt dringend adviseert zijn leefstijl aan te passen.
Hetzelfde geldt voor obesitas. Schrokken wij 20 jaar geleden van de obesitas-cijfers uit Amerika, inmiddels heeft de helft van de volwassenen in eigen land matig tot ernstig overgewicht en lijdt 15% van de Nederlanders aan obesitas.
Nederland is kampioen polderen en die polderoverleggen met verschillende producenten (frisdranken e.d.) komen tot kleine stapjes bijv. in het terugbrengen van suiker over een groot aantal jaar. Daar moeten we het niet van hebben. Het is echt onze persoonlijke (voedings)keuze die we maken in de winkel en onze algehele leefstijl. Met de mindset gericht op gezondheid, niet op ziekte.
Afgelopen jaar is de focus gelukkig meer uitgegaan naar het belang van een gezonde leefstijl. Door de sluiting van sportscholen gingen we wandelen en de kantinelunch maakte plaats voor een bammetje kaas.
Welvaartsziekten brengen niet alleen persoonlijk ongemak en verminderde inzetbaarheid op de arbeidsmarkt met zich mee. Op dit moment geeft BV Nederland 90 miljard euro per jaar uit aan gezondheidszorg. Van dit bedrag gaat zo’n 2% naar preventie.
Punt is dat aan preventie niet noemenswaardig verdiend kan worden. Je verkoopt geen product maar een dienst, een advies. En in onze business staat er geen vergoeding tegenover deze dienst, de kennis van de drogisterijmedewerker. Geen verdienmodel, geen businesscase!
En natuurlijk verkopen drogisten ook pillen. Maar waar de klant bij de apotheek doorgaans komt om zijn door de huisarts voorgeschreven recept op te halen, heeft de drogist toch echt een andere rol. De drogist verkoopt immers ook (misschien nog wel meer) producten die juist zijn toegespitst op preventie: supplementen, vitamine en andere middelen om klachten te verzachten.
Wees de Sarphati van de 21ste eeuw: van drogist naar leefstijlspecialist.
Nicole Hoetjes